De lokale armoedebarometer:
De cijfers

Klik in het kaartje hieronder op een gemeente. Via de link in het kadertje kan je armoedebarometer van deze gemeente bekijken.

De cijfers

De LAB geeft cijfers en evoluties voor de 300 Vlaamse gemeenten. Op basis van 16 indicatoren creëren we een beeld van de gemeente zelf. Het globale beeld, deze 16 indicatoren samen voor alle gemeenten, is de foto van Vlaanderen.

De 16 gebruikte indicatoren kunnen we opdelen in drie groepen: armoede-indicatoren, indicatoren die potentiële armoede meten en indicatoren van inspanningen van gemeenten. Telkens vind je ook het nulpunt van de evaluatie tussen haakjes.

De armoede-indicatoren

  • de armoedecijfers van Kind en Gezin (vanaf 2008),
  • de Onderwijskansarmoede-indicator (vanaf 2008),
  • het aantal budgetmeters voor elektriciteit en gas (vanaf 2015),
  • het aantal mensen met een leefloon (vanaf 2008),
  • het aantal mensen met een Integratietegemoetkoming voor Ouderen (IGO) vanaf 2008).

De potentiële armoede-indicatoren

De indicatoren die potentiële armoede meten zijn indicatoren die wijzen op een mogelijk probleem. Situaties die hier gemeten worden zijn niet per se onmiddellijk gelinkt aan armoede, maar duiden op een mogelijk armoedeprobleem nu of in de toekomst:

  • langdurige werkloosheid (vanaf 2008)
  • het aantal schoolverlaters zonder diploma (vanaf schooljaar 2013-2014 t.e.m. 2017-2018),
  • het aantal jaren schoolse vertraging (vanaf schooljaar 2014-2015 t.e.m. 2018-2019),
  • het aantal huishoudens met een Verhoogde Tegemoetkoming (vanaf 2014),
  • het aantal personen met een Ziekte en Invaliditeitsuitkering (vanaf 2012 tem 2018),
  • het aantal kandidaat-huurders voor een sociale woning (vanaf 2011).

De beleidsindicatoren

De laatste en derde groep indicatoren omvatten de inspanningen van de gemeenten. Omwille van de beperkte beschikbaarheid en vergelijkbaarheid zijn dit een klein aantal indicatoren:

  • aantal sociale verhuurkantoren (vanaf 2016),
  • aantal sociale woningen (vanaf 2012),
  • aantal kinderdagverblijven die inkomensgerelateerd werken (vanaf 2014),
  • de Uitpas (2019).

De evolutie

We hebben de evolutie van al deze indicatoren bekeken en gewaardeerd. Dit wil zeggen, een gemeente die het beter doet dan in 2008 (of ander beginpunt) scoort positief of positiever afhankelijk van de graad van verbetering en omgekeerd. Wanneer er amper iets wijzigde t.o.v. 2008 gaven we 0. Nul evalueren we ook als negatief: er is immers geen verbetering t.o.v. de beginsituatie. Zo komen we tot vijf evaluaties, gaande van -2, -1 over 0, +1 tot +2. Een eenvoudige evaluatie die een beeld geeft van de situatie per indicator en ook voor alle indicatoren samen. Zo krijg je per indicator een beeld of de gemeente op deze indicator het beter doet of het slechter doet.